Vrijwel iedereen heeft een gezin, familie, vrienden of werk. In gezinstherapie wordt een individu altijd benaderd als iemand die op ieder moment in relatie(s) met anderen staat. Iedereen is immers kind van zijn ouders, eventueel broer/zus van…, neef/nicht van…, partner van…, vader/moeder van…, vriend/vriendin van…, collega van…, buur van…enz. Het is een hele (levens)opgave al deze relaties in evenwicht te houden en zo ook zelf in evenwicht te blijven. Dit netwerk van relaties wordt ons sociale systeem genoemd. Bij het ontstaan én het oplossen van veel psychische of psychiatrische klachten, blijkt dit systeem een belangrijke invloed uit te oefenen. Daarom behandelt een relatie- en gezinstherapeut niet alleen de klachten van de persoon zelf, maar is er ook aandacht voor het systeem waarvan de persoon deel uitmaakt. Vandaar de naam relatie- en gezinstherapie.
Kenmerkend voor deze vormen van therapie is dat partners of gezinsleden meestal samen in therapie zijn. Bewezen is dat als er ook aandacht wordt geschonken aan het sociale systeem, er sneller herstel optreedt op de korte en de lange termijn. Bovendien blijkt deze therapievorm goed toepasbaar bij iedere culturele achtergrond. Hoe gaan de gezinsleden met elkaar om en hoe komt het dat hierdoor problemen ontstaan en in stand gehouden worden?
Gezinstherapie sluit nauw aan bij de systeemtherapie: het gaat niet over één persoon, maar over de beïnvloeding van alle personen die deel uitmaken van het systeem (het gezin) op mekaar. Er zijn verschillende gezinsvormen: traditionele gezinsvorm: vader-moeder-kind(eren), eenoudergezinnen, gezinnen met een stiefmoeder of stiefvader, volledig nieuw samengestelde gezinnen, homo- en/of lesbo-ouders met kind(eren). Gezinstherapie tracht de invloed van vroegere relaties in kaart te brengen, tracht de huidige relaties in evenwicht te brengen, om toekomstige relaties met meer vertrouwen tegemoet te kunnen gaan. Verstoorde relaties kunnen immers leiden tot allerlei psychische klachten zoals depressie, angsten, gebrek aan zelfvertrouwen, stress… maar onrechtstreeks ook tot lichamelijke klachten als hoofdpijn, slapeloosheid, verslaving,…
Uiteraard is de belangrijkste doelstelling het doen verminderen of verdwijnen van de klachten of problemen. Dit wordt bereikt doordat mensen zich anders gaan gedragen ten opzichte van elkaar, anders met elkaar omgaan, anders op elkaar reageren en/of doordat men een andere visie krijgt op de problemen, op zichzelf en op de relaties met anderen.
De gezinstherapeut is erop gericht de verbindende krachten in het gezin weer sterker te maken en de communicatie te verbeteren zodat gezinnen opnieuw meer bevrediging in hun gezinsleven kunnen vinden.
De therapie bestaat uit gesprekken met een relatie/gezinstherapeut. De hulpverlener zal doorgaans alle betrokkenen uitnodigen voor een eerste gesprek. Na het eerste gesprek - soms zijn dit er meer - stelt de hulpverlener een behandelplan op waarin onder meer staat wat de doelstellingen van de therapie zijn en wie bij de behandeling betrokken worden.
Tijdens de gesprekken worden de problemen besproken en de hulpverlener zoekt samen met de deelnemers naar andere manieren om met de problemen om te gaan. In de therapie kunnen de deelnemers zich bewust worden van onderlinge reacties op elkaar en begrijpen welke invloed zij op anderen hebben. Vaak wordt er huiswerk afgesproken, bijvoorbeeld om uit te proberen hoe het bevalt om zaken anders te doen dan voorheen. In de zitting daarna wordt dan teruggekomen op de ervaringen met het huiswerk
Bronnen
http://www.nvrg.nl
http://www.vdsp.nl