Hoewel vele van de psychotherapeutische methodes bijzonder nuttige effecten kunnen hebben op het verminderen van subjectief leed, bleven psychotherapeuten te lang opgeleid in slechts één van deze methodes, zonder de mogelijkheden van andere richtingen te zien. Een eerste corrigerende beweging was het eclecticisme, waarbij therapeuten het bestaan van andere therapeutische methodes leerden appreciëren en soms gebruiken. De volgende stap was integratie, waarbij niet zozeer concrete methodes werden samengevoegd,
maar veeleer de rijke onderliggende inzichten, waardoor tal van nieuwe aanpakmethodes ontstonden. Integratieve therapie beschrijft benaderingen binnen psychotherapie die elementen van twee of meer therapeutische referentiekaders (scholen) integreren.
Een belangrijk kenmerk van de integratieve therapie is het hanteren van het door Rogers en Maslow geïntroduceerde groeimodel, daar waar het ziektemodel, dat uitmondde in de DSM, de behandeling als afgerond beschouwt als de klinische symptomen verdwenen zijn. Integratieve therapeuten hanteren naast de klinische diagnose vooral een functionele diagnose, d.w.z. een therapeutisch bruikbare beschrijving van persoonlijkheidstrekken die ontwikkeld kunnen worden, waardoor de persoonlijkheid kan uitstijgen van een modaal “normaal” niveau naar een “optimaal” niveau waar continue groei de hoeksteen is. De “psychotherapeut” is dus geëvolueerd tot “psych-anagoog” of “groei-inductor”.
Sinds Rogers, Maslow en de andere groten van de “humanistische” psychologie, zit de mens in een levenslang groeiproces. Sommigen hebben hierbij veel achterstand: zij vertonen een pathologie, waarvan de frekwentste vormen zijn: depressie, neurosen en schizofrenie. Aan de andere kant heb je hen die “optimaal” functioneren: zij hebben hun sluimerende mogelijkheden maximaal ontwikkeld, en vallen objectief en subjectief op door “geluk”. Daartussenin zit eigenlijk de grootste groep, die nog vol onderontwikkelde mogelijkheden zitten, maar niet in die mate dat zij abnormale stemmingen, denk- of gedragswijzen vertonen: zij zijn de “normalen”, eerder niet-ongelukkig dan echt diep gelukkig. Dus geen twee soorten zoals in het ziektemodel, maar drie. Deze humanistische benadering sluit geen aangeboren of traumatische psychische elementen uit, maar beschouwt die eerder als factoren die de groeiachterstand bevorderd hebben. Zelfs al slaagt men erin die storende factoren te neutraliseren, de persoon kan meestal nog heel veel groeien als mens.
Naast van psychotrauma wordt er evenveel of zelfs meer gesproken van psychisch gemis, onvervulde behoeften, en in plaats van over blokkades heeft men het over sluimerende mogelijkheden, onderontwikkelde vaardigheden.
De helpende professioneel is dus veeleer iemand die het opwaarts groeien bevordert (psycho-anagoog) dan iemand die de ziekte bestrijdt (psycho-therapeut). En het is de bedoeling dat het groeiproces ver voorbij het niveau van het “normale”, het banale, het modale uitstijgt. De ervaring heeft intussen aangetoond dat die groeimethodes ook werkzaam zijn bij pathologieën, en dus niet alleen bij normalen die zich willen optimaliseren. Vandaar onze naam “psycho-anagogie” (groeibevordering) ipv psycho-therapie (ziekte-genezing).
Een tweede groot verschil is dat een integratief therapeut geen eenzijdige methode hanteert zoals bv. psychoanalyse, gedragstherapie, gezinstherapie, Gestalttherapie, medicatie, meditatie, training enz., allemaal methodes die overigens in bepaalde gevallen ontegensprekelijk vruchten afwerpen. Hij is ook geen eclectisch therapeut, die meerdere methodes aangeleerd heeft, en die al naargelang de problematiek kiest voor een bepaalde benadering. Een integratief therapeut voegt geen therapieën tezamen, maar werkzame elementen uit die therapievormen. Hij beoefent niet zozeer verschillende benaderingswijzen die hij in diverse “scholen” geleerd heeft, maar slechts één methode: de integratieve. Het is ook niet zo, zoals men vroeger dacht, dat al die verschillende psychotherapiescholen eigenlijk andere benaderingen zijn van hetzelfde doel. In feite werken ze elk op een ander niveau van de van het menselijk functioneren: het gedrag, de rol in de groep, de persoonlijkheid, het groeivermogen. Het samen gebruiken van beïnvloedingsmethodes op diverse niveaus kan dus vaak nuttig zijn.
Het gaat dan om volgende bekommernissen :
-Wat maakt dat we ons het ene moment rustig, tevreden en ontspannen kunnen voelen en het andere moment plotseling boos, gefrustreerd of onzeker?
-Wat maakt toch dat we zo emotioneel en buiten proportie op gebeurtenissen kunnen reageren, die vaak achteraf helemaal niet zo heftig blijken te zijn?
-Hoe kan het toch dat we (massaal) last hebben van belemmerende gedachten en dat we ondanks onze wilskracht en inzet daar maar zo lastig van loskomen?
-En bovenal, wat is er voor nodig om weer in contact te komen met wat voor jou wezenlijk is, vrij van blokkades en belaste gevoelens?
Integratieve Therapie draait om deze kernvragen. Het is een diepgaande en actieve therapie die je helpt bij het bewust worden, begrijpen en loslaten van oude, belastende patronen en gevoelens. Met als gevolg dat je het heden kunt ervaren voor wat het werkelijk is, zonder illusies en gekleurde filters, vanuit wie je echt bent: je ware zelf. Kenmerkend voor deze therapie is dat je problemen daadwerkelijk bij de wortel leert aanpakken. Het is een methode van heling die je na afronding van de therapie zelfstandig kunt voortzetten.
Integratieve therapie is een actieve methode waarmee je stap voor stap leert de verbinding met je ware zelf te herstellen. Op concrete wijze wordt helder gemaakt hoe je uit de greep van het verleden kan raken, met als doel het heden te ervaren zonder de pijn en de blokkades die eerder in het leven zijn opgelopen.
Binnen Integratieve therapie gaat men er vanuit dat de manier waarop we onszelf, de ander en de wereld om ons heen beleven, grotendeels bepaald wordt door pijnlijke, verdrongen gebeurtenissen uit het verleden en de daaruit voortgekomen overlevingspatronen. Meestal zien we het heden dus niet voor wat het werkelijk is, maar kijken we in de achteruitkijkspiegel naar de reflectie van ons verleden. Deze invloed is niet gering: onze waarneming is gekleurd: we zien onze oude realiteit en die plakken we op het heden ("niemand moet mij", "iedereen vindt mij lastig" etc.), we voelen vaak onze oude, onverwerkte gevoelens en menen dat het nu zo is (machteloosheid, eenzaamheid etc.), we zijn bang voor wat we eerder hebben meegemaakt ("ze lachen me vast uit", "De ander wordt vast woedend" etc.), we zijn nu boos om wat we toen niet kregen ("jij luistert niet naar mij!", "jij respecteert mij niet!" etc.), we verlangen nu naar wat we toen nodig hadden (onverdeelde aandacht, aanvoelen wat je nodig hebt etc.) en we geloven nog steeds in de illusies die we vroeger nodig hadden om te overleven ("het ligt aan mij", "ik heb niets nodig" etc.)
De impact die onze kindertijd nog steeds op ons heeft, maakt ons veel minder vrij en veel meer belast dan nodig is. Integratieve therapie helpt bij het loskomen van deze ballast. Om dit doel te bereiken put de integratief therapeut uit meerdere stromingen en technieken, en staat zowel denken, voelen, handelen en lichaamsbewustzijn centraal. Herkennen wanneer je waarneming vertekend is door je verleden en waardoor dat plaatsvindt, weten hoe je de destructieve overlevingspatronen die dan geactiveerd worden kan loslaten, en leren hoe je de pijnlijke gevoelens die daarachter schuilgaan, kan voelen en integreren, vormen belangrijke pijlers in de therapie.
Bronnen
http://www.kbs-frb.be
http://www.integratievetherapeuten.nl/
http://www.therapeutischepraktijk.be
http://nl.wikipedia.org