Seksverslaving of hyperseksuele stoornis is een obsessieve seksuele aandrang die onbeheersbaar is. De behoefte aan seks is zó sterk dat het leidt tot problemen voor de verslaafde zelf en zijn of haar omgeving. De verslaving is vaak het gevolg van een opstapeling van problemen of omstandigheden tijdens de jeugd. Het kan bijvoorbeeld zijn dat er vroeger een streng taboe heerste rondom seksualiteit en dat voorlichting angstvallig werd vermeden. Traumatische gebeurtenissen zoals lichamelijk/seksueel geweld of blootstelling aan (abnormaal) seksueel gedrag kunnen tevens de oorzaak zijn van een seksverslaving.
Hyperseksuele stoornis is een voorgestelde diagnose voor mensen die seks hebben of meer dan normaal aan seks denken door middel van fantasieën en aandrang. Deze personen kunnen onder andere activiteiten ontplooien zoals porno, masturbatie, seks tegen betaling en meerdere partners. Als gevolg hiervan kunnen deze mensen zich zorgen maken over hun leven, inclusief werk en relaties.
Het bestaan van "seksverslaving" staat onder verhitte discussies. In een controversiële beslissing werd de dwangmatige stoornis van seksueel gedrag toegevoegd aan de internationale classificatie van ziekten van de Wereldgezondheidsorganisatie. Sommige onderzoekers zien deze neiging als een probleem van het reguleren van gedrag, terwijl andere experts zich afvragen of dit gedrag voortkomt uit een hogere zin in seks of dat het voortkomt uit problemen met de impulsbeheersing. Vanwege zo'n meningsverschil over de geldigheid van dit gedrag, wordt het aantal getroffenen ook onder de loep genomen - sommigen zeggen dat het 3 tot 10 procent van de volwassenen is.
Andere experts zijn van mening dat de echte oorzaken van het gedrag emotionele toestanden zijn, namelijk angst, depressie of relatieconflicten. Voor sommige individuen kunnen ook schaamte en moraliteit een rol spelen. Hyperseksualiteit is niet opgenomen in de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, vijfde editie. Het werd eerder in de DSM-4 vermeld als een seksuele stoornis, niet anderszins gespecificeerd met de definitie "angst over een patroon van herhaalde seksuele relaties waarbij een opeenvolging van geliefden betrokken is die door het individu alleen worden ervaren als dingen om te gebruiken."
Het voorstel uit 2010 voor de toevoeging van hyperseksuele stoornis aan de DSM-5 omvatte de criteria van oncontroleerbaar seksueel gedrag. Voorstanders van de inclusie van het gedrag voerden aan dat mensen die zich met deze buitensporigheid bezighouden, veel leed hebben. In de voorgestelde criteria werd hyperseksuele stoornis opgevat als een niet-parafiele seksuele luststoornis met een impulsiviteitscomponent. De voorgestelde diagnose is niet toegevoegd aan de DSM-5. Deskundigen merken op dat er niet genoeg empirisch bewijs is om de diagnose te ondersteunen. Velen zien het niet als een verslaving en geloven dat het geen overeenkomsten heeft met andere verslavingen.
Symptomen
Het is belangrijk op te merken dat seksueel gedrag een normaal, gezond onderdeel van het leven is en dat veel mensen graag actief zijn met meerdere seksuele partners of veel verschillende soorten seksuele ervaringen opzoeken. Hyperseksualiteit wordt problematisch wanneer het een individu ernstig leed bezorgt of het risico loopt zichzelf of iemand anders schade toe te brengen.
Hoewel het gedrag niet in de DSM-5 was opgenomen, kunnen de volgende criteria een manier zijn om hyperseksualiteit te identificeren. Voor een periode van minimaal zes maanden:
Herhaalde, intense seksuele fantasieën, driften en / of gedragingen hebben
Het gedrag verstoort consequent andere activiteiten en verplichtingen
Gedragingen treden op als reactie op dysfore gemoedstoestanden (angst, depressie, verveling, prikkelbaarheid) of stressvolle gebeurtenissen in het leven
Voer consistente maar niet-succesvolle pogingen om seksuele fantasieën, aandrang of gedrag te beheersen of te verminderen
Neem deel aan seksueel gedrag zonder rekening te houden met de mogelijkheid van fysieke of emotionele schade aan uzelf of anderen
De frequentie of intensiteit van seksuele fantasieën, aandrang of gedrag veroorzaken aanzienlijk leed of beperkingen
Zoals vermeld, kan hyperseksualiteit ook verband houden met depressie en angst. Sommige mensen vermijden moeilijke emoties, zoals verdriet of schaamte, en zoeken tijdelijke verlichting door seksueel gedrag te vertonen. Seksuele verlangens kunnen daarom andere problemen maskeren, zoals depressie, angst en stress.
Uitingsvormen
Seksverslaving kan verschillende uitingsvormen hebben: veelvuldig fantaseren over seks, veel verschillende seksuele contacten hebben, veelvuldig vreemdgaan, bezoek aan pornosites op internet, porno via tijdschriften of films, telefoonseks en prostitutiebezoek, dwangmatige en veelvuldige masturbatie, herhaalde seksuele affaires, voyeurisme, enz. In extreme gevallen kan een seksverslaving tot gewelddadig gedrag leiden en zelfs tot het overschrijden van wettelijk gestelde grenzen (bijvoorbeeld mishandeling en verkrachting).
Veelal spelen bij seksverslaving ook bijzondere seksuele voorkeuren een rol. Een seksverslaving houdt in dat je bijna continue en herhaaldelijk bezig bent met seks. Dit heeft overwegend negatieve gevolgen; voor degene met de seksverslaving zelf, maar veelal ook voor de omgeving. Seksverslaving is een vorm van obsessieve-compulsieve stoornis met een sterk seksueel aspect. Een seksverslaving ontstaat meestal niet van de een op de andere dag, maar sluipt er langzaam in.De term seksverslaving is niet een definitie uit een psychiatrisch handboek, maar een woord dat een denkmodel weergeeft om een bepaald gedrag te vatten.
Het slaat op gedrag van iemand die niet goed met zichzelf omgaat, die geneigd is de verantwoordelijkheid voor zijn gedrag buiten zichzelf te leggen en er langdurig en veelvuldig over te liegen. Het gaat over mannen of vrouwen die vluchten in seks, hetzij door bezoek aan prostituees, hetzij door voortdurend te surfen naar internetseks, hetzij het steeds maar willen aangaan van seksuele contacten zonder diepgaande relationele achtergrond.
Een overmatig seksueel verlangen kent in eerste instantie verschillende psychiatrische oorzaken: een ernstige persoonlijkheidsstoornis, een manische fase of een (frontaal) hersenletsel. Hiervoor is dan ook een medisch-psychiatrische behandeling noodzakelijk. Minder ernstige vormen (o.a. overmatig masturberen) zijn te begrijpen als een 'blijven hangen' in een bepaalde fase van de seksuele ontwikkeling.
Aangezien het seksuele wordt gezien als een leerproces kunnen handelingen op latere leeftijd bijgestuurd of afgeleerd worden. In geval het gaat om een langdurig overmatig seksueel verlangen waarbij seks obsessioneel wordt, spreekt men over seksverslaving.
Een seksverslaving kan uw leven behoorlijk op zijn kop zetten. U kampt met sterke behoeftes die uw leven steeds meer gaan beheersen. En hoewel u zich misschien bewust bent van de problemen, bent u niet in staat om de verslaving de baas te worden. Sterker nog, de behoeftes worden steeds sterker en frequenter.
De seksverslaafde zal steeds het gevoel krijgen dat men niet anders kan dan de ander op een reductionistische manier te benaderen en waar te nemen als lustobject. Het lijkt alsof men geen controle meer heeft over het eigen perceptievermogen en de eigen associaties die hiermee gepaard gaan.
Men verliest als het ware de zelfregulerende functie van het driftmatige gedrag. Dit gevoel van verlies van zelfregulering wordt des te sterker als men daarenboven de roeseffecten van allerlei hormonale stoffen ervaart die vrijkomen tijdens een seksuele bevredigende daad zoals onder andere bij de masturbatie of het orgasme. Naast de psychologische afhankelijkheid verhogen dergelijke lichamelijke en chemische effecten het gevoel verslaafd te worden aan seks.
Wat is het ?
Seksverslaving kenmerkt zich door het gevoel geen controle meer te hebben over het eigen seksuele gedrag. Er zijn vele vormen waarin het zich kan uiten en de meest voorkomende zijn:
- Fantasieën en obsessies over andere personen en ex-geliefden
- Hebben van wisselende partners
- Anonieme seks met vrouwen, mannen, of met beide geslachten
- Zappen voor de televisie op zoek naar seksuele prikkels
- Kinderporno opzoeken
- Seksueel lastigvallen van de partner overdag en/of 's nachts
- Masturberen
- Porno kijken en/of sparen
- Daten of sekschatten via internet
- Bellen van (dure) telefoonsekslijnen
- Baanbezoek (homoseksuele ontmoetingsplaatsen)
- Vreemdgaan
- Bezoeken van peepshows
- Bezoeken van sekssauna's
- Prostitutiebezoek
- Fetisjisme: het seksueel opgewonden worden van niet levende objecten zoals schoenen en lingerie
- Geweld tijdens seksueel contact
- Sadomasochisme
- Voyeurisme: zonder toestemming kijken naar anderen bij seksuele activiteiten, terwijl ze zich uitkleden of naakt zijn.
- Exhibitioneren (potloodventen): het tonen van de geslachtsorganen aan een nietsvermoedende vreemdeling.
- Werkzaam zijn in de seksindustrie
- Professioneel wangedrag: uw beroep gebruiken om seksuele contacten aan te gaan
Wetenschappers raken het vaak niet eens dat seksverslaving eigenlijk wel bestaat. In de praktijk ervaren mensen wel problemen die ze seksverslaving noemen.
Als je herhaaldelijk seks als een uitlaatklep gebruikt, als je angstig, depressief of gestresst bent, wordt dat beschouwd als een voorloper van de aandoening. Als het herkend wordt als een stoornis, zijn seksverslaafden geen slappelingen, maar patiënten. Een definitie van seksverslaving zou kunnen zijn : mensen die lijden aan seksverslaving ervaren negatieve stress door een patroon van sterke wederkerende seksuele behoeftes, gedachten en gedragingen die interfereren met het dagelijkse leven, zijnde werk, sociale contacten en liefdesrelatie. Vormen van seksverslaving : pornoverslaving, urenlang erotisch chatten cyberseksverslaving), telefoonseks, dwangmatig masturberen, frequent prostitutiebezoek, dwangmatig op zoek gaan naar anonieme seks.
Is het dan eigenlijk wel een echte vorm van verslaving ? Of is de kern van het probleem niet een gebrek aan controle ? Deze kwestie is vaak de reden waarom wetenschappers het niet eens geraken. Psychologen spreken sneller van een ‘compulsieve stoornis’, terwijl artsen en andrologen het eerder over ’seksverslaving’ zullen hebben. Psychologen voeren aan dat er geen echte ontwenningsverschijnselen zijn. Artsen focussen op de analogie met middelenverslaving, en met name de rol van neurotransmitters en endorfines op de hersenen. Kenmerkend is in ieder geval een verlies van bewuste controle. De drang naar seks kan niet meer verminderd of gestopt worden. De verslaafde is continu, obsessief bezig met seks en krijgt geen vat op storende gedachten. Dit heeft gevolgen op zijn persoonlijkheid, relaties en werk. Zoals alle verslavingen kan seksverslaving dus een probleem op zich worden. Maar het kan specifiek ook een bron van zorg worden, indien het gepaard gaat met een drang om almaar nieuwe en hevigere prikkels op te zoeken.
Kenmerken van een seksverslaving zijn:
- Het patroon van seksueel gedrag is niet (altijd) te beheersen.
- Het seksuele gedrag heeft ernstige gevolgen voor het dagelijks leven.
- Het is onmogelijk te stoppen ondanks de ernstige gevolgen.
- Dingen blijven doen die hoge risico’s met zich meebrengen (gevaarlijke plekken, risico betrapt te worden).
- Continue pogingen het seksuele gedrag te beperken of stoppen.
- Het seksuele gedrag functioneert als drug, als overlevingsmiddel, als pijnstiller.
- Seks is noodzakelijk om te kunnen functioneren.
- Het seksuele gedrag is progressief (steeds meer, steeds vaker, steeds extremer).
- Sterk wisselende gemoedstoestanden (diepe depressie - roes - katergevoel).
- Het seksuele gedrag zorgt voor een enorm tijdsverlies. Dit kan er voor zorgen dat belangrijke taken en verantwoordelijkheden worden verwaarloosd.
Gevolgen
Een seksverslaving heeft vaak verstrekkende gevolgen. Echt zorgwekkend is verslaving aan seks die een gevaar oplevert voor je gezondheid, zoals onveilige seks met onbekenden (darkrooms, parkeerplaatsen, openbare toiletten) of met verslaafde prostituees. Doordat de verslaafde volledig in beslag wordt genomen door zijn ziekte verliest hij vrienden of familie. Voor de partner is het vaak een erge schok om erachter te komen dat de man(vrouw) zich op een extreme manier bezig houdt met seks. Het is belangrijk te beseffen dat je als partner hier op geen enkele manier schuld aan hebt. Vaak hebben partners het gevoel dat ze te kort geschoten hebben en dat hun partner hierdoor op het verkeerde pad geraakte. Hoewel het een heel begrijpelijk gevoel is, is het compleet onterecht.
Verstoord vertrouwen en ontbreken van intimiteit zorgen dikwijls voor relatieproblemen of een relatiebreuk. Op emotioneel vlak is er grote nood omdat vaak enorme schaamte- en schuldgevoelens spelen. Het verslavingsgedrag botst vaak met de eigen normen en waarden. Op lichamelijk terrein kan de verslaafde zichzelf verwonden door de aard en frequentie van zijn seksuele gedrag, kan bijvoorbeeld soa's oplopen. Juridisch gezien zijn er risico's omdat de verslaafde ernstige problemen kan krijgen door zijn gedrag op bijvoorbeeld internet; de verslaafde kan zijn baan verliezen of zelfs in de gevangenis belanden vanwege exhibitionisme, voyeurisme, stalken of het bezoeken van kinderpornosites. Financieel kan de ziekte grote klappen uitdelen doordat de verslaafde vaak kapitalen uitgeeft aan het bezoeken van prostituees, pornografisch materiaal, seks-lijnen of betaalde internetsites.
Vaak gaat seksverslaving samen met andere vormen van afhankelijkheid, zoals alcoholverslaving en/of drugsverslaving. Veel voorkomend is de combinatie van cocaïne en een seksverslaving, waarbij de laatste zich dan vooral richt op prostitutiebezoek met een voorkeur voor kinky seks. De relationele en financiële consequenties van deze verslavingsmix zijn vaak desastreus.
Uit onderzoek van de Rutgers Nisso Groep (2006) blijkt dat 5% van de Nederlandse mannen en 2% van de vrouwen last heeft van een seksverslaving. PsyQ merkt dat niet iedereen die last heeft van een seksverslaving hulp zoekt. “We merken dat mensen zich vaak schamen voor hun seksverslaving. Mensen komen vaak pas als het kwaad al is geschied. Als iemand bijvoorbeeld op het werk betrapt is tijdens het kijken naar pornosites, of door de partner.'
Seksverslaving is geen absoluut begrip. Onder zedendelinquenten kunnen allerlei gradaties van verslaving voorkomen. Bij een deel speelt het helemaal geen rol, bij sommigen is het een klein aspect en bij anderen is de verslaving het grootste probleem. Of de verslaving wel of niet het hoofdprobleem is, loopt deels samen met iemands seksuele voorkeuren en gedragingen. Iemand die elke dag betaalde seks heeft en dat eigenlijk financieel niet kan opbrengen, heeft daar vooral zichzelf mee en zou geholpen zijn bij een behandeling die minder prostitutiebezoek kan bewerkstelligen. Niet de betaalde seks is immers het probleem – prostitutiebezoek is min of meer maatschappelijk aanvaard – maar de verslaving eraan. Iets anders is het als iemand een seksuele voorkeur heeft voor kinderen en die ook in de praktijk brengt, of kickt op de angst van een vrouw die wordt verkracht. Hij brengt anderen hoe dan ook schade toe, of er aan het misbruik nu ook een verslaving ten grondslag ligt of niet. Tegelijkertijd is dat vooral een juridische kwestie, want de hulpverlener is er niet om te bepalen of gedrag strafbaar is of niet.
In de klinische praktijk merkt men dat patiënten met een seksverslaving vaak zelf een onstabiele hechtingsperiode in de kindertijd doorgemaakt hebben. Hierdoor ervaren ze veel dubbele gevoelens. Ze willen wel een ‘normale’ seksuele relatie met hun partner, maar stoten deze tegelijk ook weer af om zich te richten op een ander lustobject. Maar, ook met dit laatste wordt geen duurzame band opgebouwd. Lustobjecten op het internet alsook achter het prostitutieraam worden stelselmatig ingewisseld. Het is de slopende dynamiek van aantrekken en afstoten. Tevens merken we op dat kinderen uit dergelijke gezinnen eveneens kunnen uitgroeien tot volwassen personen met een extreme vorm van afhankelijkheid tot de partner en meer dan eens verslaafd worden aan seks of andere genotsmiddelen die hun gevoel van zuchtigheid en leegte dienen weg te nemen.
Seks wordt hier zelfs vaak een vorm van zelfbevestiging. Ook kinderen die opgroeien in een gezin waar ouders zich niet voor hen interesseren of stelselmatig afwijzend reageren, ontwikkelen hechtingsproblemen. Dergelijke derde soort van hechtingsgedrag noemt men de ontwijkende hechting. Als reactie op hoe de verzorgingsfiguren met hen omgaan, vertonen ze geen betrokkenheid op de primaire verzorger, namelijk: de moederfiguur. Deze kinderen negeren moeders aanwezigheid bij terugkeer in de kamer, vermijden het contact met haar, richten hun aandacht op iets anders, worden ontwijkende personen. Zij lopen veel risico op het ontwikkelen van een instabiel gevoel van eigenwaarde,worstelen meermaals met een laag zelfbeeld en een gering gevoel van eigenwaarde dat ze telkens proberen te camoufl eren met het aannemen van een introverte houding.
Toegepast op onze problematiek betekent dit dat men niet weet hoe men dient om te gaan met een intieme relatie en de bijhorende emoties waardoor men herhaaldelijk vlucht in o.a. virtuele of losse seksuele contacten. Partners met een ontwijkende hechtingsstijl zijn daarenboven vaak wandelende tijdbommen. Zij tolereren namelijk niet dat zij gestoord worden in hun bezigheden alsook gaat het hen niet af dat je hen confronteert met hun schadelijk gedrag.
Doe hier een zelftest rond seksverslaving. Klik hier
Oorzaken
De verslaving ontstaat vaak als het resultaat van een opstapeling van problemen of omstandigheden tijdens de jeugd. Er heerste bijvoorbeeld vroeger een streng taboe omrent seksualiteit of voorlichting werd angstvallig vermeden. Traumatische gebeurtenissen zoals lichamelijk/seksueel geweld of blootstelling aan (abnormaal) seksueel gedrag kunnen tevens de oorzaak zijn van een seksverslaving.
Maar ook het willen ontsnappen aan de werkelijkheid en een vlucht in fictie kan oorzaak zijn. Men kan het gewone leven niet meer aan, er zijn bijvoorbeeld problemen op het werk, in de relatie, met de kinderen. Men heeft enorme behoefte aan seks maar oordeelt dat men bij de partner onvoldoende terecht kan. Er zijn bepaalde seksuele wensen of verlangens waar de partner niet op kan ingaan. Soms is er ook een gebrek aan een reële partner en vlucht men in obsessieve virtuele seksuele relaties op het internet. Bijvoorbeeld internetseksverslaving gaat vaak samen met andere verslavingen en afhankelijkheid, zoals alcoholverslaving en/of drugsverslaving of met depressies en dwanghandelingen op andere terreinen.
De oorzaken van hyperseksueel gedrag worden niet goed begrepen. Sommige kinderen of adolescenten kunnen in toenemende mate seksueel gedrag vertonen of ongepast seksueel gedrag vertonen als gevolg van traumatische ervaringen, stressoren of psychische aandoeningen. Hoewel er geen standaarddefinitie is van hyperseksualiteit bij kinderen, is het bekend dat seksueel misbruikte kinderen meer seksueel gedrag kunnen vertonen en risicovol seksueel gedrag wordt geassocieerd met sociaal-demografische factoren zoals gezinsdisfunctie en sociale stress.
Het is ook belangrijk om na te denken over de rol die cultuur speelt in het concept van hyperseksualiteit. Culturen die seksualiteit in een positiever daglicht zien, kunnen waarden hebben die seksueel gedrag niet als 'buitensporig' beoordelen.
Soms is er ook een onderliggende psychiatrische problematiek gaande van neuroses zoals depressies, bindingsangst of verlatingsangst tot ernstige persoonlijkheidsstoornissen zoals een manisch-depressieve problematiek, schizofrenie of narcistische problematiek. Sommigen gaan de oorzaak zoeken in fout lopende interne biochemische processen in het lichaam, zoals onevenwicht in hormonenbalansen inzake testosteron, oestrogenen en oxytocine. Zo zouden ook ‘gelukzalige’ stofjes vrijkomen als men tegemoet komt aan de internetseksverlaving. We denken aan de overdracht en heropname in neuronen van neurotransmittors dopamine, serotonine en adrenaline die de persoon aanzetten om het gedrag te blijven stellen en in de hersenen verslaving veroorzaken. (http://www.breininbeeld.org)
Wetenschappers hebben ontdekt dat een genetische variant er voor zorgt dat mensen meer risico’s nemen en sneller geneigd zijn vreemd te gaan. Een bepaalde variant van het DRD4 gen ging samen met frequentere onenightstands en vreemdgaan. Het DRD4 gen is van invloed op de hoeveelheid dopamine die vrijkomt in de hersenen als je seks hebt. Volgens sommige wetenschappers zouden mensen met deze variant van het gen high worden van seks. Dit gen werd eerder ook al in verband gebracht met alcohol- en gokverslavingen en een voorliefde voor horrorfilms. (http://www.scientias.nl)
Hyperseksualiteit
Hyperseksualiteit verwijst naar een kwantitatieve vermeerdering van de seksuele aandrift, tot een relatief hoger niveau dan men bij mannen of vrouwen van dezelfde leeftijd en met dezelfde fysieke conditie, terugvindt. Deze vermeerderde seksuele aandrift uit zich meestal in een versterkt verlangen naar herhaalde,
heteroseksuele coïtus met één of meerdere partners. De partner kan aan de excessieve genitaal-seksuele drift van de hyperseksuele persoon niet voldoen en beleeft deze als storend voor het welzijn van de relatie. Anderzijds kan de persoon zelf de aanhoudend, intense seksuele opwinding niet voldoende controleren en wordt erdoor in zijn psychosociaal functioneren sterk gehinderd.
Men spreekt dus van hyperseksualiteit als de seksuele drift (libido) van een persoon sterker is ontwikkeld of op de voorgrond treedt dan men in de samenleving als normaal of wenselijk beschouwt. Dit kan verbonden zijn met culturele en sociale aspecten, los van geneeskundige motieven.
Hyperseksualiteit bij vrouwen noemde men ook wel nymfomanie en bij mannen satyriasis. Het gebruik van deze laatste twee termen impliceerde voornamelijk het psychopathologische karakter. Derhalve zijn deze termen vervangen door hyperseksualiteit, waarbij slechts gesproken kan worden van een afwijkend karakter ten opzichte van maatschappelijke normen die per (sub)cultuur kunnen verschillen. Een eventueel pathologische vorm van hyperseksualiteit wordt in de moderne seksuologie eerder bezien als één van de vormen van een obsessieve-compulsieve stoornis, waarbij het obsessieobject normaliter willekeurig is en door tal van omstandigheden seksueel kan zijn. Wel zijn seksualiteit en daarbij horende handelingen als obsessie bij een obsessief-compulsieve stoornis en bekend verschijnsel in de psychiatrie.
Het hangt van een aantal factoren af wanneer iemand als hyperseksueel wordt beschouwd. Belangrijk is bijvoorbeeld de houding die de samenleving ten opzichte van seksualiteit heeft. Zo werd vroeger een vrouw die openlijk te kennen gaf van seks te genieten, al snel als nymfomane bestempeld en vaak vermoedde men dat ze leed aan een vorm van hysterie. Sinds de seksuele revolutie is hierin veel veranderd, maar nog steeds verwacht de westerse maatschappij van een vrouw wat meer terughoudendheid dan van een man.
Bepaalde religieuze en maatschappelijke groeperingen beschouwen het hebben van meerdere seksuele partners voor het huwelijk als hyperseksueel en losbandig, terwijl andere groeperingen het niet als probleem zien.
Hoe relatief het begrip hyperseksualiteit is, blijkt ook uit een citaat van Alfred Kinsey. Toen hem naar een definitie werd gevraagd, antwoordde hij: "Hyperseksualiteit kan worden geconstateerd bij iemand die meer aan seks doet dan u".
Doorgaans hoeft een sterk ontwikkelde seksuele drang niet als psychische aandoening te worden beschouwd, wat in het verleden vaker gebeurde. Als aandoening is hyperseksualiteit verdwenen uit het handboek DSM en de ICD-10 stelt dat de seksuele drift op zich alleen overmatig is als de persoon er klachten over heeft.
Hyperseksualiteit kan echter een symptoom zijn van andere problemen, bijvoorbeeld als een persoon er niet in slaagt seksuele bevrediging te vinden. Verder komt een verhoogde seksuele drift als symptoom voor bij:
Bekijk hier een programma rond seksverslaving : Ziek van seks . Klik hier.
Bronnen :
http://www.praktijkvoorseksuologie.nl
http://www.u-center.nl
http://www.frederike.nl
http://nl.wikipedia.org/wiki/Hyperseksualiteit
http://www.hannievanrijsingen.com
Koen Baeten Seksverslaving, een klinische observatie. http://www.tijdschriftvoorseksuologie.nl/
Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, Fifth Edition
Adelson, S., Bell, R., Graff, A., Goldenberg, D., Haase, E., Downey, J. I., & Friedman, R. C. (2012). Toward a definition of “hypersexuality” in children and adolescents. Psychodynamic psychiatry, 40(3), 481-503.
American Psychiatric Association, Diagnostic and Statistical Manual, Fifth Edition, Revised
Kafka, M. P. (2010). Hypersexual disorder: A proposed diagnosis for DSM-V. Archives of sexual behavior, 39(2), 377-400.
Reid, R. C., Carpenter, B. N., Hook, J. N., Garos, S., Manning, J. C., Gilliland, R., ... & Fong, T. (2012). Report of findings in a DSM‐5 field trial for hypersexual disorder. The journal of sexual medicine, 9(11), 2868-2877.
Schultz, K., Hook, J. N., Davis, D. E., Penberthy, J. K., & Reid, R. C. (2014). Nonparaphilic hypersexual behavior and depressive symptoms: a meta-analytic review of the literature. Journal of sex & marital therapy, 40(6), 477-487.